Nederlandse Stripprofessional HANS VAN OUDENAARDEN blogt over wat er allemaal komt kijken bij het maken van het nieuwe RHONDA stripverhaal: "REBECCA".

20110922

Een graphic novel over identiteit

Blogvriend, we leven in fascinerende tijden. In deze tijd, en onze maatschappij, heeft een mens de vrijheid om te “zijn” wie hij “is”. Beter nog, op een of andere manier lijkt het voor de moderne mens tegenwoordig zelfs mogelijk te “spelen” met z’n identiteit. Sinds het internet kan de moderne mens z’n identiteit “kiezen”.
Sociale media laten je jezelf  “presenteren” op je sociaalst. Kunstenaars nemen massaal en onbeschaamd “zichzelf” als onderwerp in hun p-modernistische egodocumenten. Je lijkt in onze tijd te kunnen “zijn” wie je “wil” zijn. En dat identiteitsbeeld kun je dan ook nog eindeloos construeren en manipuleren. Fascinerend, zoals gezegd. Alleen  . . .  eh . . . wie bèn je dan eigenlijk?
Terwijl Hanco en ik destijds brainstormden over het verhaal van deze strip werd snel duidelijk dat we alletwee nu wel meer wilden dan de snelle actie/misdaad komedie, waar we vijftien jaar geleden aan waren begonnen. Wat zou zo’n strip als dit een prachtig voertuig kunnen zijn, om eens uit zoeken wat er nog meer zou kunnen met dit mooie medium. Volwassener, en dan zónder puberaal of cynisch te worden? Gelaagder, maar dan zónder koketterie en aanstellerij? Meer graphic novel, maar voor de argeloze lezer, desondanks wèl leesbaar en toegankelijk?
Okee. Probleem is nu natuurlijk, dat ik je nu hier op deze HMR-blog graag van alles over het verhaal zou willen vertellen, maar dat ik dan natuurlijk niet meteen het hele verhaal moet verklappen. Jeez. Hoe pak ik dat nou slim aan? Maar ik heb het beloofd. Misschien in wat algemenere termen? Beetje zweverig? Hmm.
“Help me, Rhonda”  wordt een graphic novel over identiteit. Over “wie je bent”,  maar óók wat anderen “van je maken”. Over hoe je zo’n image kan “construeren” en vooral ook hoe je jezelf daarin en daarna he-le-maal kunt kwijtraken.
Ons verhaal is gesitueerd in het begin van de jaren zestig. Voormalig acrobate Rhonda Kaplan is op drift. Rouw, schuldgevoelens en de maffia op haar spoor. Precies wanneer het er allemaal tamelijk slecht voor onze mooie protagoniste uitziet, ontmoet Rhonda in de “California Zephyr” een man die haar een bizar voorstel doet. Rhonda accepteert.
We komen nu terecht in de film-glitter-wereld van sixties Hollywood. Villa’s, parties. Zien we daar Frank Sinatra? Marilyn? Elvis? De man van de trein blijkt natuurlijk lang niet alles verteld te hebben. Wat eerst een eenvoudig klusje leek, blijkt opeens eindeloos ingewikkelder en loopt door een klein (chemisch) incidentje ook nog es totaal uit de hand. Er blijkt in de Hollywood prachtwereld onder het oppervlak iets te broeien. Zaken waarbij een beetje acrobatiek soms erg van pas kan komen. En de maffia duikt ook weer op en blijkt ook taaier dan gedacht. Je kunt het raden. Onze Rhonda verliest goed de controle.
In het tweede deel verplaatst het verhaal zich. Er gaat gefilmd worden op locatie. We gaan naar het Amsterdam van de jaren zestig. Hippies, provo’s. Nieuwe tijden knisperen in de lucht. Een maf decor, maar cruciaal voor het verhaal. Hier werken we dan uiteindelijk naar de apotheose van onze verwikkelingen en dat zal nog niet eenvoudig zijn. Om allerlei redenen krijgt onze Rhonda het namelijk erg moeilijk.  

Wat wil die vent van de trein nou uiteindelijk? Hoe raakt ze de maffia kwijt? Red je je hieruit met meer acrobatiek, Rhonda? Wat wordt precies de rol van de “love interest”? En waarom blijkt dit opeens allemaal een politieke connotatie te krijgen? In welk wespennest is Rhonda terechtgekomen? Zal onze Amerikaanse, in dit kleine, exotische, Europese land, uiteindelijk weten af te rekenen met al haar nieuwe, maar uiteindelijk ook haar oude, problemen ? En wat heeft bovenstaande, in godsnaam, allemaal te maken met identiteit?
We gaan het zien. Vager kan ik het niet maken. Zoals ik het nu zie, twee of drie albums.

20110917

Een stukje verhaal . . .

We schrijven Verenigde Staten, late jaren vijftig.
Het kleine, rondreizende circus van Joseph Kaplan had betere tijden gekend. Misschien dat de dood van z'n vrouw de reden was, hij wist het zelf niet meer, maar wat het ook was, haar dood was in ieder geval een goed excuus voor Joe om voortaan  meer te drinken dan verstandig was. Verstandig voor een trapeze-artiest, de vanger van de "Flying Kaplans". De zaak stond er inmiddels beroerd voor. De schuldeisers zouden niet lang meer op zich laten wachten en het circus voorgoed sluiten. Het zou  binnenkort wel eens de laatste voorstelling van de Flying Kaplan's kunnen worden.
Joe's dochter Rhonda, was de onbetwiste ster van de trapeze act. Een zeldzaam acrobatisch talent. Jong en mooi. Sinds haar moeder's dood, en dus op zeer prille leeftijd, meer en meer uitgegroeid tot enige, echte peiler van het hele circus.
Maar de jonge Rhonda leed. Onder de onzekere toestand. De extreme verantwoordelijkheid. De onvrijheid. Haar vader's drankgebruik. Op een avond vertelt ze Joe, dat ze het zat is. Het is tijd om haar eigen leven te gaan leiden. Rhonda wil weg. Vader is in tranen. Die avond valt Joe Kaplan, tijdens de act, voor de ogen van een verbijsterde Rhonda, te pletter in het zaagsel van de piste.
Maarrrrrr, dit is allemaal maar voorgeschiedenis. Belangrijke info wellicht natuurlijk, maar ons eigenlijke, èchte verhaal begint een paar jaar later. Daar vinden we mooie Rhonda terug met 500.000 dollar. In een opvallend koffertje. Anderhalve dag eerder meegenomen uit het maffiacasino waar ze die maanden daarvoor heeft gewerkt. Ze zit in een goedkope hotelkamer in een nare buitenwijk van Chicago. Het is midden in de nacht. Er staat iemand voor de deur.
Je kunt het raden. Die lui van de maffia hebben haar opgespoord en komen hun geld terughalen. En Rhonda een pijnlijk lesje leren, meteen óók maar. Hoewel weinig geslapen, denkt onze acrobate zich, in eerste instantie, nog wel uit deze benarde situatie te kunnen gaan redden. Inclusief koffer. Een acrobaat beschikt immers over handige moves en die mannen lijken uitgesproken sukkels. Dan komt er een derde man binnen.
 
Deze laatste man heet Carl en Carl is boos. Erg boos. Niet alléén om het geld. Dat is al erg genoeg, want Carl moet dat geld afdragen aan zijn bazen, de "vier en twintig". Maar ook omdat hij en Rhonda in de afgelopen maanden toch ook iets moois schijnen te hebben gehad. En dan gaat die meid er zomaar vandoor! Hee! Dit is persoonlijk. Carl is gekrenkt. Carl wil wraak. Carl gaat Rhonda vermoorden.
Wat te doen? Wat te doen? Inmiddels is de deur geblokkeerd en de kans te ontsnappen mèt het geld voor onze Rhonda verkeken. SHT! Dan maar doen, wat we allemaal, in zo'n situatie zouden doen. Rhonda springt van veertien hoog uit het raam.  
Debiel natuurlijk. Al dat glas en die hoogte. Een zekere dood! Dat kan niemand overleven. Tenzij natuurlijk ... je een getraind ACROBAAT bent!!!

Volgende keer meer.

(Illustraties bij deze posting zijn allemaal uit het originele scenario van Hanco Kolk. Vijftien jaar oud en inmiddels volstrekt en grondig gewijzigd. Maar te leuk om niet eens te plaatsen! Dank Hanco!)

20110913

Weer een Rhonda krantentrailer.

Sinds zaterdag te verkrijgen. de gratis BNS Stripkrant:
Bloemlezing der vaderlandsche stripcultuur. Van dát deel dat lid is van de "strip-beroepsgroep", tenminste. ook iets van mij erin. Een HMR-teaser-trailer in elkaar geplakt. Anderhalve pagina verknipt tot één krantenpagina. Tekstje ervoor, tekstje erna, blogadres erboven.
Voor wie zojuist dat blogadres heeft ingetypt, kijk even rond, van harte welkom op deze blog!!!!